Componisten vanaf 1963
Clint Mansell (Coventry, Groot Brittanië, 7 januari 1963) begon als leadzanger en gitarist in de Britse band Pop Will Eat Itself. Na het uiteenvallen van de band in 1996 ging hij als filmmuziek-componist aan de slag. Hij componeerde daarna de muziek voor alle films van zijn vriend Darren Aronofsky. Clint Mansel componeerde • 36 filmscores - Pi, 1998, regie Darren Aronofsky - Requiem for a Dream,2000, regie Darren Aronofsky, de hoofdcompositie "Lux Aeterna" werd buitgewoon popualair en is gebruikt voor allerlei reclamefilmpjes, filmtrailers en YouTube clips. - Black Swan, 2010, regie Darren Aronofsky - Noah, 2014, regie Darren Aronofsky
Fausto Romitelli (Gorizia, Italië, 1 februari 1963 – Milaan, 27 juni 2004) studeerde compositie aan het Conservatorium Giuseppe Verdi in Milaan en daarna aan de Accademia Chigiana in Siena bij Franco Donatoni en aan de Scuola Civica van Milaan. In 1991 studeerde hij in Parijs nog bij Hugues Dufourt en Gérard Grisey. Van 1993 tot 1995 was Fausto Romitelli componist en onderzoeker bij het IRCAM ( Institut de Recherche et Coordination Acoustique/Musique) in Parijs. Fazusto Romitelli stierf op 41-jarige leeftijd in 2004 aan kanker. Fausto Romitelli componeerde • 1 video-opera • 3 orkestwerken • 5 werken voor groot ensemble • 12 kamermuziekwerken • 1 werk voor koor en ensemble • 2 werken voor zangstem en instrumenten • 5 werken voor instrumenten solo - Seascape voor versterkte contrabasblokfluit, 1994 • 3 werken voor instrumenten met electronica • 1 werk voor zangstem, instrumenten en electronica • 1 filmscore
Jean-Paul Dessy (*Huy, België, 8 februari 1963) voelde zich al jong aangetrokken tot violoncello, maar omdat er in Huy geen mogelijkheid bestond om cello te studeren, heeft hij eerst vier jaar piano gestudeerd voordat hij met cello kon beginnen. Hij studeerde aan het Koninklijk Conservatorium van Luik en daarna aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel bij d'Edmondt Baert. Daarnaast studeerde hij nog filologie van Romaanse talen aan de Universiteit van Luik en aan de katholieke Universiteit van Louvain-la-Neuve Componeren leerde hij zichzelf. Jean-Paul Dessy werkt als componist, cellist en dirigent. Jean-Paul Dessy componeerde • 1 opera • 2 muzikale komedies • 11 theatermuziekwerken • 14 werken voor orkest of groot ensemble - Requiems, voor koor en orkest, 2018, op oude teksten in zeven verschillende talen, verstild en meditatief. • 9 kamermuziekwerken • 9 (series) werken voor cello solo • 3 andere werken voor een instrument solo
Graham Fitkin (*Crows-an-Wra, West Cornwall, Engeland, 19 april 1963) werd geboren in een muzikale familie. Zijn moeder was pianodocente. Van 1981 – 1984 studeerde hij aan de University of Nottingham bij Nigel Osborne compositie. En daarna in Nederland bij Louis Andriessen aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Graham Fitkin verhuisde in 1987 naar Londen, keerde in 1991 naar Cornwall terug en woont sinds 2010 in Treen, in een zelfgebouwd huis. Zijn partner is de harpiste Ruth Wall, waar hij veel mee samenwerkt. Graham Fitkin componeerde • 1 opera - Ghosts • 5 Concerten - klarinetconcert, 1898 - Circuit, 2002 voor twee piano’s en orkest - celloconcert, 2011 • 16 orkestwerken - Cud, 1988 voor jazzorkest. • 55 kamermuziekwerken - L, 2005, voor cello en piano, voor de vijftigste verjaardag van Yo-Yo Ma - Gate, voor sopraansax en piano, 2001 - Still Warm, 2006, voor elektronisch gemanipuleerde harpen - Obsess, 2006, voor blokfluitkwartet, maar wordt alleen door saxofoons en klarinetten gespeeld - Sinew, 2009, sextet - Compel, voor blaaskwintet, 2010, geschreven voor het Calefax Rietkwintet • 1 werk voor brassband • 6 werken voor koor of zangstem(men) en instrumenten • 19 werken voor meer piano’s - Loud, 1989, voor zes piano’s - Log, 1990, voor zes piano’s - Line, 1991, voor zes piano’s • 28 pianowerken - From Yellow to Yellow, 1985 - The Cone Gatherers, 1987 een succesvol werk. • 4 percussiewerken • 7 werken voor een ander soloinstrument, waaronder orgel en gitaar
Jaakko Mäntyjärvi (*Turku, Finland, 27 mei 1963) studeerde Engels en Linguïstiek aan de Universiteit van Helsinki. Jaakko Mäntyjärvi werkt dan ook als geautoriseerd vertaler Engels - Fins en andersom. Hij studeerde ook nog muziektheorie en koordirectie aan de Sibelius Academy. Jaakko Mäntyjärvi componeerde • 18 koorwerken - 4 Shakespeare Songs, 1984 - Ave Maria (1991), - Dagen svalnar... (koele dag; 1993), - Pseudo-Yoik (1994), - El Hambo (1997), - Meer Shakespeare Songs (1997) - Canticum Calamitatis Maritimae, 1997. - Kosijat, 2001 - Cornish Lullaby, 2011 • 3 werken voor koor en instrumenten • 2 orkestwerken • 2 kamermuziekwerken
Calliope Tsoupaki (*Piraeus, Griekenland, 27 mei 1963) studeerde piano en muziektheorie, en compositie bij Yannis Ioannithis aan het Hellinicon Conservatorium in Athene. In 1988 kwam ze naar Nederland en vervolgde haar studies bij Louis Andriessen aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Na beëindiging van haar studie in 1992 ging Calliope Tsoupaki in Amsterdam wonen en begon daar een carrière als pianist en componist. vanaf 2007 doceert ze compositie aan het Koninklijk Conservatorium. Zondag 25 november 2018 is Calliope Tsoupaki geïnstalleerd als Componist des Vaderlands tot en met 2020 Calliope Tsoupaki componeerde • 6 opera’s - Dark, voor kamerensemble en sopraan, gebaseerd op het karakter Jeanne d Arc; libretto Edzard Mik, 2002 - Vita Nova, voor drie instrumentalisten en alt, gebaseerd op “ La Vita Nuova” van Dante, 2006. - Vesuvious 1927, 2010, éénminuut opera, voor het TVprogramma "De Wereld Draait Door" ter herinnering aan de dood van schrijver Harry Mulisch's, voor tenor en tenorblokfluit. - Mariken in de tuin der lusten, 11 oktober 2015, libretto Serge van Veggel en Karim Ameur, naar Mariken van Neumeghen uit 1515 (dus precies 500 jaar geleden). Het verhaal van een onschuldig weesmeisje, beschermd opgegroeid bij haar oom.. Als ze na een dag op de nIjmeegse markt niet meer naar huis kan, omdat het te donker is, klopt ze aan bij een tante. Het blijkt een feeks, die haar zonder pardon wegstuurt. Mariken blijft alleen achter op straat en krijgt gezelschap van "Moenen", de duivel, die haar gouden bergen belooft en meeneemt naar Antwerpen. Daar leidt ze zeven jaar een liederlijk leven, ziet dan een wagenspel en krijgt spijt.Uiteindelijk doet ze boete in een klooster. Muziek die het hart raakt. • 3 oratoria - Lukas Passie, 2008, op teksten van Romanos Melodos (6de eeuw). - Maria, 2012, op teksten van Romanos Melodos (6de eeuw); pakkende melodieën, betoverende harmonieën en wonderlijk welluidende samenklanken. - Oidipus, semi-scenisch oratorium, 2014 libretto Edzard Mik, gebaseerd op Sophocles’ tragedie Oidípous te Kolonos. • 7 theaterwerken - Medea, 1996, een theatervoorstelling, altviool en 3 vrouwenstemmen; tekst “Medea”van Euripides • 21 werken voor orkest of groot ensemble - Echoing purple, 1992, voor viool en kamerensemble - Siren (Nostos II), 1997, voor kamerorkest en acteur, tekst: fragmenten uit het boek “Tha ypografo Louis” van Rea Galanaki. - Salto di Saffo, 2018, dubbelconcert voor blokfluit, panfluit en orkest, verwijst naar de zelfdoding van de Griekse dichteres, die zich 2600 jaar geleden van een rots in zee stortte - Thin Air, 2020, kan op allerlei instrumenten gespeeld worden. Hymne aan het mededogen, omdat alles stil gevallen was door de coronacrisis. - Odysseus, 2021, voor ensemble, geïnspireerd op het moment uit het verhaal van Odysseus reis, dat de tegenwinden ontsnappen en zich ontwikkelen tot en oncontroleerbare storm • 13 koorwerken (met instrumenten) - E GUERRA E MORTE, 1997, voor gemengd koor en barokorkest, madrigaalreeks geïnspireerd door Monteverdi. • 30 (series) kamermuziekwerken - Interface, voor hootblazerskwintet, 1996 - Triptychon, 2005-2013, trilogie voor strijkkwartet en klarinet
1. Mercurius - Tombeau, For a time never to come, 2024, blokfluit, klavecimbel en gambat • 16 werken voor zangstem(men) en instrumenten - Sappho’s tears, 1990, voor viool, tenorblokfluit en mezzosopraan, op teksten uit Sappho’s gedichten (oud Grieks); klaagzang. - Nostos (= heimwee en verlangen), 1997 voor zanger, octet en soundtracks; tekst: “Anamesa stin thalassa” een volkslied uit Tracië. - The face of love, 9 Griekse liederen voor sopraan en piano, 1999 7. Makyra (Ver weg), 1999, tekst Kostas Kavafis, één van haar mooiste liederen - Marie, 2000 voor vocal kwartet en blokfluitkwartet - Oedipus' Dream voor koor en rietblaaskwintet, 2014 - Mélena Imí (Nigra sum, tekst Bijbels Hooglied), 2015, tekst: fragment van het Hooglied, in Byzantijns Grieks, voor sopraan, cornetto en viola da gamba. Beeldschoon lied. - Liknon (Schommelwieg), Bosch Requiem voor countertenor, tenor en barokensemble, 2019, tekst Marialiederen uit het boek Theotokarion van Agapios Landos (1580-1656). De dodenmis berklankt de wereld van de stervende. • 6 pianowerken • 30 werken voor een ander soloinstrument - Charavgi, 1994 voor altblokfluit - Music for ever, 2018, geschreven voor Eric Vloeimans - Song for life and death, 2018, voor panfluit, voor de herdenking van 70 jaar mensenrechten, 10 december 2018 - Pour Notre Dame, 2019, voor orgel, naar aanleiding van de brand de Parijse kathedraal op 15 april 2019 trof. - SKIA (schaduw) voor Ganassi-altblokfluit, , 2019, verwijst naar de ziel na de dood. Opgedragen aan Erik Bosgraaf - A song for Isidora, voor viool, 2020, opgedragen aan Isidora Žebeljan • 1 filmacore - Leviathan, regie Fie Schouten, 2015 • 1 ringtone
Jeff Beal (*Hayward, Californië, Verenigde Staten, 20 juni 1963) is de kleinzoon van begaafde pianiste en stommefilmbegeleidster Irene Beal. Zij was een fan van Miles Davis, en het is dus geen wonder dat Jeff Beal zijn muziekstudies als trompettist begon, toen hij 8 jaar was. Als leerling van de Castro Valley High School schreef hij al composities voor het Oakland Youth Symphony Orchestra. Jeff Beal studeerde trompet en compositie aan de Eastman School of Music in Rochester, New York. Hij studeerde daar in 1985 af. Jeff Beal trouwde met sopraan Joan (Sapiro) Beal, verhuisde met haar naar New York City, ging daar aan de slag met zijn eigen jazzband en componeerde zowel voor jazzmuzikanten als voor klassieke orkesten. Zijn composities zijn altijd een mengsel van klassieke compositietechnieken en jazzimprovisatie. In de 1990-er jaren verhuisde het gezin Beal naar Los Angeles waar hij zich ontwikkelde als componist van film- en Tvscores. In 2007 werd multiple sclerose bij Jeff Beal gediagnostiseerd. Daaraan heeft hij zijn veelomvattende werkzaamheden aangepast. Hij concentreert zich vanaf dat moment op componeren. Jeff Beal maakte 14 Cd-opnames Jeff Beal componeerde • 11 danscompilaties • 11 orkestwerken - fluitconcerto • 10 (series) kamermuziekwerken - Six Sixteen, voor gitaar en strijkkwartet, ook in een bewerking voor strijkorkest • 2 koorwerken voor koor a capella of met één instrument • 60 film- en TVscores - Pollock, 2000 - House of Cards. Netflix TVserie, 5 seizoenen, 2013 – 2017, wordt ook overal ter wereld als klassieke concertserie uitgevoerd • 80 10-minuut Scoresamplers
Caterina Calderoni (*Ravenna, Italië, 19 juli 1963) studeerde piano bij Daniel Rivera en compositie bij Bruno Bettinelli. Zij vervolmaakte de studie bij Franco Donatoni en door cursussen compositie en elektronische muziek bij de IRCAM in Parijs in 1995 en bij de AGON in Milaan in 2002. Van 1988 tot 1999 werkte Caterina Calderon als uitgeefster bij Ricordi, waar ze nog steeds (2015) werk voor doet. Caterina Calderoni doceert compositie aan het Conservatorium Aufostino Steffani in Castelfranco Veneto. Caterina Calderoni woont momenteel in Milaan. Caterina Calderoni componeerde • installaties • 3 orkestwerken • 11 kamermuziekwerken • 8 werken voor een soloinstrument - Toupie, 2009, voor altblokfluit • TVscores
Philip Lasser (*New York City, Verenigde Staten, 4 augustus 1963) begon op zijn vijfde jaar met pianoles en componeerde toen ook al liedjes voor zijn moeder. Op zijn 16de ging hij naar Nadia Boulangers’ Ecole d'Arts Americaines in het Fontainebleau paleis in Frankrijk bij Gaby Casadesus studeren. Daarna studeerde hij aan de Harvard University. Vanaf 1988 studeerde Philip Lasser compositie aan de Columbia University bij, Jacques-Louis Monod, om tenslotte te promoveren aan de Juilliard School bij David Diamond op een proefschrift over contrapuntanalyse: “The Spiraling Tapestry”. Philip Lasser doceert sinds 1994 aan de Julliard School. Hij woont met zijn gezin in New York City (2015). Philip Lasser componeerde • 6 orkestwerken • 4 concerten The Circle and the Child, 2014, opgedragen aan pianiste Simone Dinnerstein, frisse muziek; in het middendeel is een koraal van Bach verwerkt “Ihr Gestirn, ihr hihen Lüfte” (O, gij sterren, gij hoge luchten) • 15 kamermuziekwerken • 5 werken voor piano • 3 werken voor een ander soloinstrument • 6 werken voor zangstem(men) en piano • 5 koorwerken
Kurt Bikkembergs (*Hasselt, België, 5 augustus 1963) studeerde aan het conservatorium van Hasselt muziektheorie, piano, harmonieleer en trompet. Vanaf 1978 studeert hij verder aan het Lemmensinstituut. Vanaf 1981 specialiseert Kurt Bikkembergs zich daar in muziekpedagogie, compositie bij Luc Van Hove, koordirectie bij Erik van Nevel en directie bij Edmond Saveniers. In 1990 studeerde hij daar af. Momenteel (2022) is Kurt Bikkembergs koordirigent en docent muziektheorie, compositie en koordirectie aan het Lemmensinstituut. Hij is dirigent van Capella di Voce, gastdirigent bij het Vlaams Radio Koor en vanaf 2002 artistiek directeur van het Koor van de Vlaamse Opera. Kurt Bikkembergs componeerde • 4 orkestwerken • 36 koorwerken a capella • 27 werken voor kinderkoor en instrument(en) • 76 (series) koorwerken met instrument(en) • 5 (series) werken voor zangstem en instrument(en) • 17 kamermuziekwerken • 2 (series) pianowerken • 5 orgelwerken • 2 werken voor beiaard • 6 werken voor een ander instrument solo
James Whitbourn (*Kent, Groot Brittanië, 17 augustus 1963) studeerde muziek aan de Skinners’ School en het Magdalen College, Oxford. Hij werkte al jong als programmamaker voor de BBC. James Whitbourn componeerde • 24 koorwerken voor koor a cappella of met instrumenten of orkest Son of God Mass, 2001, miszetting voor gemengd koor, orgel en sopraansaxofoon - Annelies, 2004, dramatisch oratorium in 14 scenes, libretto Melanie Challenger naar het Dagboek van Anne Frank, voor sopraan, 2 gemengde koren en orkest; hoog "Schindler's List"-gehalte; - Luminosity, 2007 voor dubbelkoor, altviool, orgel, tanpura en percussie, gecomponeerd als ballet.
Klaus Michael Miehling (*Stuttgart, Duitsland, 24 augustus 1963) studeerde oude muziek met als hoofdvak klavecimbel aan de Schola Cantorum Basiliensis in Zwitserland en promoveerde in de muziekwetenschap aan de Universiteit van Freiburg im Breisgau. Hij leeft en werkt als muzikant en schrijver van muziekwetenschappelijke artikelen in Freiburg im Breisgau. Klaus Miehling componeerde 270 werken • 2 opera’s • 26 orkestwerken • 15 religieuze werken voor solisten, koor en orkest • 12 (series) religieuze werken voor koor a capella of begeleid door instrument(en) • 65 (series) religieuze werken voor zangstem(men) en instrument(en) • 12 (series) wereldlijke werken voor koor a capella of begeleid door instrument(en) • 1 serie liederen voor sopraan, vrouwenkoor en piano • 14 (series) liederen voor zangstem en piano of ander(e) instrument(en) • 96 (series) kamermuziekwerken - Ciaccona in d kleine terts voor 2 altblokfluiten en 2 dwarsfluiten, opus 136, 2018, 49 variaties over een thema - Browning Suite voor vier blokfluiten (AATB), opus 148, 2018, de oude Engelse Browningmelodie in de vorm van een Franse suite: Overture, 7 dansen en een finale - 6 Choralbearbeitungen nach Martin Luther voor blokfluitkwartet, opus 167, 2009 en opus 265, 2016 • 12 (series) orgelwerken • 2 klavecimbelwerken • 10 arrangementen
John Pickard (*Burnley, Lancashire, Engeland, 11 september 1963) studeerde compositie bij William Mathias aan de Universiteit van Wales in Bangor. Hij haalde daar zijn Bachelor of Music. In 1984 en 1985 studeerde hij met een studiebeurs compositie bij Louis Andriessen aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Hij promoveerde tot Doctor in de Filosofie in 1989. Vanaf 1993 is hij docent compositie en musicologie aan de Universiteit van Bristol. John Pickard componeerde • 6 symfonieën • 12 andere orkestwerken • 10 werken voor harmonieorkest • 8 koorwerken - Drie Latijnse motetten, 1987, voor gemengd koor a capella 3. Ubi caritas et amor - Mass in Troubled Times voor 18 stemmen a capella, 2018 • 16 kamermuziekwerken • 8 (series) werken voor zangstem en instrument(en) • 4 (series) pianowerken • 4 werken voor een ander instrument solo • 6 (series) arrangementen
Thomas Larcher (*Innsbruck, Oostenrijk, 16 september 1963) studeerde van 1981 tot 1986 aan de Universität für Musik und darstellende Kunst in Wenen piano bij Heinz Medjimorec en Elisabeth Leonskaja en compositie bij Erich Urbanner. Van 2001 tot 2004 was Thomas Larcher docent voor piano aan de Muziekacademie Basel. Hij houdt van bergklimmen, hardlopen en fietsen. Als componist ziet hij zich niet als bedenker van muziek, maar als onderzoeker naar zijn verleden. Thomas Larcher componeerde • 1 opera - Das Jagdgewehr, 2018, opera in drie bedrijven, libretto Friederike Goesweiner gebaseerd op de roman van Yasushi Inoue • 9 concerten - Ouroboros voor cello en orkest, 2015 • 5 andere orkestwerken - Symfonie nr. 2 "Kenotaph", 2016, tot nu toe het meesterwerk van de 21ste eeuw, met onder veel meer contrabasklarinet, piccolotrompet, accordeon en geprepareerde piano - Derde symfonie, "A line above the Sky", 2019 • 4 werken voor ensemble • 1 koorwerk • 11 kamermuziekwerken - Mumien, voor cello en piano, 2002 - Madhares, voor strijkkwartet, 2007 • 10 (series) werken voor zangstem en instrument(en) - A Padmore Cycle voor tenor en piano, 2011, 11 liederen op teksten van Hans Aschenwald en Alois Hotschnig. Ook gezet voor tenor en pianotrio en tenor en orkest - The Living Mountain, 2019, voor sopraan, fluit, klarinet, slagwerk, accordeon en strijkers, tekst Nan Sheperd, naar zijn gelijknamige dichtbundel over het natuurgebied Cairngorns - Unerzählt, liedcyclus voor bariton en geprepareerde piano, 2021, tekst W.G. Sebald • 7 (series) pianowerken - Smart Dust, 2005 - What Becomes, 2009, - Poems, 2010, 12 stukken voor pianisten en en andere kinderen • 2 werken voor een ander solinstrument
Christian Jost (*Trier, Duitsland, 17 oktober 1963) studeerde van 1983 tot 1989 aan de Musikhochschule Köln en aan het San Francisco Conservatory of Music compositie, analyse en directie. Christan Jost woont in Berlijn. Christian Jost componeerde • 6 opera’s - Death Knocks, Opera in één akte naar het gelijknamige toneelstuk van Woody Allen (2001). In opdracht van de Niedersächsischen Musiktage. • 1 oratorium • 1 muziektheaterwerk voor kinderen • 1 ballet • 10 orkestwerken - Berlinsymphony, 2016, je hoort er Berlijn niet in terug, zou ook "Amsterdamsymphonie" kunnen zijn. • 8 concerten • 12 kamermuziekwerken • 2 werken voor zangstem en piano • 3 werken voor zangstem kamerensemble • 4 werken voor (zang)stem, (koor) en orkest - Lover-skysong, op twee gedichten van Shang Ye, 2016, geschreven voor zijn in dat jaar overleden zieke vrouw, mezzosopraan Stella Doufexis • 1 koorwerk
Vasil S. Tole (*Përmet Albanië, 22 november 1963) kreeg zijn eerste muzieklessen in Përmet en Korça. Daarna studeerde hij van 1984 tot 1987 aan het conservatorium van Tirana bij Gaqi, Kushta, Lara, Simoni, en Shupo. Van 1988 tot 1991 werkte hij in Përmet als directeur muziek aan het Naïm Frashëri Cultuurpaleis en als artistiek directeur van het Elena Gjika ensemble. In 1991 werd hij benoemd als docent etnomusicologie en compositie aan het Conservatorium van Tirana. In 1993 richtte hij de Vereniging voor Nieuwe Albanese Muziek op en in 1997 begon hij met de Internationale Ton de Leeuwcompetitie voor Nieuwe Muziek in Tirana. In 1994 promoveerde hij in de etnomusicologie. In dat jaar en in 1995 studeerde hij nog compositie bij Hufschmidt aan de Folkwang Hogeschool in Essen en in 1996 aan de Universiteit van Athene. In 1997 werd hij directeur van het theater voor Opera en Ballet in Tirana en van het Staatsensemble voor volkslied en volksdans. In juni 1999 stopte hij daar weer mee. In 2008 werd hij lid van de Albanese Academie van Wetenschappen en in 2015 secretaris-generaal van dat genootschap. Op het moment is hij (2018) docent aan de Kunstacademie in Tirana. Hij is ook hoofd van het departement voor cultureel erfgoed van het ministerie voor Cultuur in Albanië. Hij heeft verschillende boeken geschreven, meest over de Albanese muziek. Vasil Tole componeerde • 1 opera • 10 orkestwerken • 15 kamermuziekwerken • 1 koorwerken met piano • 10 (series) werken voor zangstem en piano of andere instrumenten • 7 (series) pianowerken
Kayhan Kalhor (*Kermanshah, Iran, 24 november 1963), komt uit een Koerdische familie. Hij groeide op in Teheran. Kayhan Kalhor begon als zevenjarige muziek te studeren. Toen hij 13 was speelde hij al in het Nationaal Radio- en Televisie-orkest van Teheran. Behalve dat hij klassieke muziekles kreeg van verschillende leraren, verdiepte hij zich in Perzische traditionele muziek. Vanaf zijn 20ste studeerde hij aan het Conservatorium van Teheran bij Mohammad-Reza Lotfi. Later studeerde hij in Rome en Ottawa Europese klassieke muziek. Hij studeerde af aan de Carleton University in Ottawa, Canada. Kayan Kalhor is medeoprichter van de Ensembles Dastan en Ghazal: Perzische muziek, componeerde voor zangers als Mohammad-Resa Schadscharian en Shahram Nazeri en trad met beroemde Iraanse instrumentalisten op. Hij is ook lid van Yo-Yo Ma's Silk Road Ensemble. Kayhan Kalhor woont momenteel in de Verenigde Staten. Kayan Kalhor componeerde • muziek voor zijn ensembles opgenomen op 17 albums • filmscores • kamermuziek
Ivo Antognini (*Locarno, Zwitserland, 1963)
begon als kind op de xylofoon, maar overtuigde op zijn achtste zijn vader ervan
dat het een piano moest worden. Hij studeerde tot 1985 piano bij Roberto Braccini
en Nora Doallo in Luzern.
Daarna studeerde Ivo Antognini bij
Joe
Haider aan de SwissJazz School in Bern. Ivo Antognini maakte 23 albums, waarvan drie jazzalbums met eigen composities Ivo Antognini componeerde • 35 koorwerken a cappella - I am the Rose of Sharon, 2010 voor dubbelkoor a cappella, tekst Hooglied hoofdstuk 2, brengt de erotiek treffend tot klinken • 9 koorwerken met pianobegeleiding • 6 koorwerken met andere instrumenten • filmscores • TVscores
Timothy Brock (*Verenigde Staten, 1963) is vooral bekend geworden door zijn uitvoeringen van muziek bij Charlie Shaplins films. Hij componeerde en restaureerde de muziek van een groot aantal vooroorlogse stomme films van Charlie Shaplin, Buster Keaton, Robert Flaherty en een aantal Duitse filmregisseurs Timothy Brock woont tegenwoordig in Bologna, Italië. Timothy Brock componeerde • 2 opera's - Billy, 1995, libretto Bryan Willis. - Mudhoney, 1998, libretto Bryan Willis. • 3 symfonieën • 4 concerto's • andere orkestwerken - Nine Ball Suite, 1986, - Requiem for the Old St. Nicholas Church, 1989, • zes strijkkwartetten • andere kamermuziekwerken • 20 filmscores bij stomme films - The Immigrant (Charlie Chaplin, 1917) , 2013; de nog jonge Charlie Chaplin speelt een immigrant die op reis naar de Verenigde Staten wordt beschuldigd van diefstal.
Philip Cashian (*Manchester, Groot-Brittanië, 1963) studeerde tot 1997 bij Simon Bainbridge, Lukas Foss en Oliver Knussen. aan de Universiteit van Cardiff, de Guildhall School voor Muziek en Drama en tenslotte aan de Universiteit van Durham. Philip Cashian was docent compositie aan de Royal Academy of Music in London, vanaf 2007 is hij hoofd van de afdeling. Hij geeft ook regelmatig gastlessen aan verschillende universiteiten en conservatoria. Philip Cashian componeerde • 1 opera • 10 orkestwerken • 10 werken voor groot ensemble • 16 kamermuziekwerken • 7 werken voor een instrument solo - The Language of Birds voor blokfluit solo, geschreven voor Tabea Debus
Frédéric Chaslin (*Paris, Frankrijk, 1963) is de zoon van een architect. Frédéric Chaslin studeerde aan het Conservatoire de Paris harmonieleer, contrapunt, pianobegeleiding, koordirectie en orkestratie. Daarna studeerde hij aan het Mozarteum in Salzburg, onder meer bij Paul von Schilawsky. In 1989 werd Frédéric Chaslin assistent van Daniel Barenboim aan het Orchestre de Paris en aan het Bayreuth Festival. In 1991 deed hij hetzelfde bij Pierre Boulez aan het Ensemble Intercontemporain. Daarna vervulde Frédéric Chaslin tot op de dag van vandaag uiteenlopende vooraanstaande dirgeer- en directiefunties. Frédéric Chaslin heeft twee zonen uit zijn eerdere huwelijk met de franse mezzosopraan Elsa Maurus. Frédéric Chaslin componeerde • 7 opera's - Wuthering Heights, libretto Paula Heil Fisher, met een mooie vocalise erin ("Cathy's vocalise") - Vampire Junction. - La Morte Amoureuse / Avatar, naar Théophile Gauthier, libretto Paula Heil Fisher, 2013 • orkestwerken - Chagall Suite • 10 liederen naar Robert Frost • filmscores - The Fifth Element,
Sasha Johnson Manning (*Groot Brittanië, 1963) studeerde zang en cello aan de Royal Academy of Music. Nadat ze is afgestudeerd in 1985 werkt ze full time als sopraan en als componist. Sasha Johnson Manning componeerde • koorwerken - requiem • werken voor zangstem(men), koor en orkest - The Manchester Carols, een feestelijke suite van nieuwe kerstliederen op tekst van Carol Ann Duffy, 2007, voor mezzosopraaan, bariton, gemengd koor, kinderkoor en orkest. - The Peoples Passion,, 2012,
Joost Kleppe (*Amsterdam, 1963) studeerde compositie bij Tristan Keuris (1946-1996) aan het Utrechts conservatorium. In 1990 sloot hij zijn studie af met de Prijs voor Compositie, waarbij zijn liederencyclus “Winter” speciale vermelding kreeg. Hij studeerde met een internationale beurs verder in Hongarije (Pépinieres pour Jeunes Artistes 1993), Engeland (International Course for Professional Choreographers and Composers 1996) en Duitsland (Künstlerhäuser Worpswede 1994 en 2000). Joost Kleppe legt zich vooral toe op het schrijven van vocale muziek. Joost Kleppe componeerde • 1 opera • 7 theatermuziekwerken • 5 koorwerken a cappella - Zo meen ik dat jij ook bent, koorliederencyclus op gedichten van Jan Hanlo, 2015. - Da-doe-daa, voor vrouwenkwintet, 2018 • 6 werken voor koor en instrumenten - Lumen, 2004, voor groot koor, sopraan en symfonieorkest. - Spirit of Mustafa, 2019, voor koor en orkest • 8 instrumentale werken - Escapade voor blaasensemble, 1990 • 12 (series) liederen voor zangstem en instrument(en)
Veronika Judita Krausas (*Sydney, Australië, 1963) is van Litouwse afkomst, geboren in Australië en op haar vierde verhuisd naar Canada, waar ze verder opgroeide. Ze studeerde muziek aan het Koninklijk Conservatorium in Toronto, Ontario en economie aan de Universiteit van Galgary. Daarna studeerde ze nog muziek aan de Universiteit van Toronto, de McGill Universiteit in Montreal en de Universiteit van Zuid Californië in Los Angeles. Op het moment (2022) doceert Veronika Krausas compositie aan de Thornton Muziekschool van de Universiteit van Zuid Californië. Ze heeft haar eigen productie-onderneming: Vera Ikon Productions Veronika Krausas woont in Los AngelesVeronika Krausas componeerde • 3 opera’s • 6 orkestwerken • pianoconcert, 2000 - Caryatids, gebaseerd op de zuilenstructuur van de Griekse Kariatiden. • 3 koorwerken (ook met instrumenten) • 7 kamermuziekwerken (ook met zangstem) • 7 werken voor zangstem(men) en instrument(en) • 6 (series) pianowerken • 14 werken voor een ander instrument solo
Fernando Lewis (de) Mattos (*Porto Alegre, Brazilië, 1963) studeerde vanaf 1987 muziek aan de Federale Universiteit van Rio Grande do Sul. Fernando Lewis Mattos promoveerde op een proefschrift over esthetiek en muziek in het werk van Luiz Cosme. Fernando Mattos doceert aan Studio Clio, een cultureel centrum en opleidingsinstiruut in Porto Alegre. Fernando Mattos componeerde • theatermuziekwerken • orkestwerken • werken voor koor en orkest • kamermuziekwerken - Cataventos, voor 2 tot 4 blokfluiten , 7 werken, naar aanleiding van de poëziebundel “A Rua dos Cataventos van Quintana. Cataventos zijn kleurige windmolentjes • liederen • 3 filmscores
Matthias Maute (*Ebingen, Duitsland, 1963) studeerde in Freiburg en in Utrecht blokfluit bij Baldrick Deerenberg en Marion Verbruggen. In 1990 won hij de eerste prijs blokfluit in het internationaal concours van het MAfestival in Brugge en in 1994 de wedstrijd voor Kamermuziek georganiseerd door het Nederlands impresariaat. Matthias Maute doceert in Montreal aan de Universiteit van Montreal en aan de McGill University. Hij is artistiek directeur van het Ensemble Caprice, en treedt steeds meer op als dirigent van grootschalige koor- en orkestprodukties. Matthias Maute is getrouwd met Sophie Larivière, lid van het Ensemble Caprice, en woont in Canada in Montreal. Matthias Maute componeerde • 1 orkestwerk • 38 blokfluitwerken (zie voor exacte opsomming van de blokfluitwerken bij de blokfluitgeschiedenis van deze site 6. Componisten van blokfluitwerken) - Concerto F grote terts voor 3 altblokfluiten - Kaleidoscope, 1998, vijf stukken voor blokfluitkwartet - It`s summertime , 1998, voor altblokfluit, basblokfluit en slagwerk ad libitum - Indian summer, 2002, voor blokfluitkwartet - Sechs Fantasien voor sopraan- of tenorblokfluit solo in "oude stijl", 2003 - sonate voor blokfluit en piano, 2008 - Rush voor 4 altblokfluiten, 2010 - A Sea in the Pond, 2013, voor voor 9 blokfluiten (1 tenor, 4 bassen, 2 grootbassen c, 2 grootbassen F) - Oi dortn, voor blokfluitkwartet A,T,B,Gb,Cb, naar een Jiddisch liefdeslied, 2013 • 2 kamermuziekwerken zonder blokfluit • 1 solowerk voor dwarsfluit voor een overzicht van zijn werken met blokfluiten, zie bij de blokfluitgeschiedenis van deze site: 6. Componisten van blokfluitwerken
Jan Mulder (*Rotterdam, 1963) leerde als tiener veel van zijn oom, organist Klaas Jan Mulder uit Kampen, Jan Mulder ontving zijn opleiding bij de Roemeense pianiste Anca Manu en aan het Rotterdams Conservatorium bij Elly Salomé. Hijn studeerde af als uitvoerend musicus in 1992. In 2007 is Mulder naar Amerika geëmigreerd. Hij woont anno 2011 in Orlando (Florida). Mulder is in het bezit van een exclusieve concertvleugel, volgens zijn website de grootste ter wereld: een met de hand gemaakte Italiaanse Fazioli 308. Jan Mulder componeerde • 125 pianowerken • 12 werken voor diverse instrumentcombinaties - Crowns of Christ, 12-delig werk voor piano en orkest, 2021 • 6 hymns voor diverse instrumentcombinaties • 9 kerstcomposities voor diverse instrumentcombinaties
François Narboni (*Parijs, Frankrijk, 1963) besloot op jonge leeftijd om jazzslagwerker te worden. Hij studeerde bij Jean-Louis Méchali, waar hij de vibrafoon ontdekte en bij Dante Agostini. Daarna studeerde hij klassiek slagwerk op een conservatorium. Naast zijn werk als professioneel uitvoerend jazzslagwerker heeft François Narboni altijd gecomponeerd. Aanvankelijk componeerde hij vanuit het jazzidioom en improvisatie. Al gauw ontdekte hij de werken van de grote moderne en eigentijdse componisten, en dat was een reden om zich volledig op het componeren te richten. François Narboni studeerde eerst vier jaar compositie bij Yvonne Desportes, en daarna op het Conservatoire de Paris (CNSMDP) bij Betsy Jolas, Paul Méfano en Michaël Levinas. Hij studeerde af met een Eerste Prijs voor compositie. François Narboni componeerde • 3 theatermuziekwerken • 1 dansmuziekwerk • 10 (series) orkestwerken en werken voor een groot ensemble • 2 werken voor vocalisten, (koor) en orkest • 18 kamermuziekwerken - Syrinx en résonance, naar het werk van Claude Debussy, voor drie fluiten • 3 werken voor koor en instrumenten • 10 (series) werken voor (zang)stem(men) en instrument(en), ook met elektronica • 1 werk voor zangstemmen a capella • 10 werken voor een instrument solo, ook met elektronica • 1 filmscore • 2 elektroakoestische werken
Maud Nelissen (*Voorburg, 1963) studeerde aan het Conservatorium Utrecht piano bij Herman Uhlhorn. Na haar afstuderen werkte zij als concertpianiste, pedagoge, begeleidster, arrangeur en componiste. Haar ware roeping bleek de begeleiding van zwijgende films. Met Theodore van Houten, artistiek directeur van Film in Concert, reisde ze in 1999 naar Italië, waar ze Eric James troffen, de laatste arrangeur van Charlie Shaplin. Maud Nelissen componeerde • muziek bij 20 stomme films van - Georges Méliès, - Charlie Chaplin, - Laurel & Hardy, - Harold Lloyd, - Buster Keaton, - Jean Durand. - Emile Cohl, - De mantel (1926) van Kozintsev & Trauberg. • 20 filmprojecten - The Patsy, 1928 - Merry Widow, de zwijgende verfilming door Erich von Stroheim van Franz Lehárs operette Die lustige Witwe. - Jean Epstein: La chute de la maison Usher (1928) - Luis Buñuels: Un chien andalou (1929) - It, 1927 • 4 vieringen en toestanden - 750 jaar bestaan van de Dom - viering van 25 jaar Vredenburg
Véronique Poltz (*bij Parijs, Frankrijk, 1963) had Hongaarse grootouders. Zij begon op haar zesde jaar met pianostudie aan het regionale conservatorium van Aubervilliers, waar ze al snel eerste prijzen kreeg voor pianospel, begeleidingstechnieken en kamermuziek. In 1982, op haar 19de kreeg ze de medaille van het Ministerie van Cultuur. Daarna studeerde ze op het Conservatoire National Supérieur de Musique in Parijs solfège, muziekleer en compositie en aan de Ecole Normale de musique A. Cortot, ook in Parijs, piano. Tenslotte studeerde ze ook nog piano aan het Mozarteum in Salzburg bij Paul Von Schilhawsky. Véronique Poltz was en is een veelgevraagde kamermuzikant Zij is (2018) docent compositie en orkestratie aan het Conservatoire National à Rayonnement Régional in Marseille. Véronique Poltz componeerde • orkestwerken • werken voor harmonieorkest • kamermuziekwerken - Midnight with Pan voor piccolo, altblokfluit in G en piano, 2014, karakter en poëzie • pianowerken - Icosa rhapsodie voor piano 4 handig, 2014, • werken voor een ander instrument solo • arrangementen
Sigurður Sævarsson (*Keflavik, IJsland, 1963) studeerde zang aan de Keflavík Muziekschool in IJsland bij Árni Sighvatsson en studeerde daarna aan de Nieuwe Muziekschool in Reykjavík bij Sigurður Demetz en Alina Dubik. Sigurður Sævarsson trouwde op 21 juli 1984 met Dröfn Rafnsdóttir. Het echtpaar heeft een dochter. Van 1994 tot 1997 studeerde Sigurður Sævarsson zang en compositie aan de Boston Universiteit in de Verenigde Staten bij William Sharp, Charles Fussel, Sam Headrick en Martin Amlin. In 1997 studeerde hij daar af. Sigurður Sævarsson woont in Reykjavík. Sigurður Sævarsson componeerde • 2 opera’s • 1 liedcyclus voor bas en strijkorkest • 15 koorwerken a capella - Requiem, zevendelig werk voor gemengd koor, sopraan- en bas solo, 2016 • 5 werken voor koor en instrument(en) • 7 kamermuziekwerken
Michael Schütz (*Karlsruhe, Duitsland, 1963) kreeg privé-onderwijs piano, orgel en trombone en leerde zichzelf trompet, baritonhoorn, gitaar, accordeon en slagwerk spelen. Van 1983 tot 1990 studeerde Michael Schütz kerkmuziek in Esslingen. Van 1992 tot 1999 was Michael Schütz verantwoordelijk voor de muzisch-culturele vorming in in Stuttgart. Van 1994 tot 1998 doceerde hij Popmuziek aan de Hochschule für Kirchenmusik Esslingen. Sinds 1998 doceert hij aan de Hochschule für Kirchenmusik Tübingen en vanaf 2000 aan de Bundesakademie Trossingen. Sinds 2010 is Michael Schütz Kantor in Berlijn-Charlottenburg. Michael Schutz is getrouwd met musicienne Christina Schütz, samen vormen zij het duo Sona Nova. Michael Schütz componeerde • 2 muziektheaterwerken • 4 series werken voor blazersensembles • 71 poparrangementen voor evangelische liederen in diverse bezettingen • 1 serie werken voor blazers, band, koor en orgel • 2 series klassiek en pop crossover voor blokfluit en piano • 2 series werken voor orgel • 27 (series) werken voor piano
Bart Spaan (*1963) studeerde musicologie en geschiedenis aan de Universiteiten an Nijmegen en Amsterdam. In de vroege tachtiger jaren van de vorige eeuw speelde hij in de Nederlandse experimentele rockgroep Bazooka. Door zijn musicologiestudie raakte hij geïnteresseerd in hedendaagse klassieke muziek, maar hij verloor nooit zijn affiniteit met moderne popmuziek. Na het afronden van zijn studies maakte hij eigentijdse muziekprogramma’s voor De Concertzender. Ook had hij compositielessen van Daan Manneke en in 1999 volgde hij de International Young Composers Meeting in Apeldoorn. Bart Spaan componeerde • 4 werken voor groot ensemble • 10 kamermuziekwerken (ook met electronica) - Halo, voor piccolo en piano, 2014, voor Ilonka Kolthof en Ralph van Raat - Thread, voor drie fluiten & live electronics, 2016 • 15 (series) pianowerken - Stasis, 2014, gecomponeerde voor Ralph van Raat • 2 (series) orgelwerken// • 4 werken voor een ander solo-instrument (en electronics) - Long, voor basklarinet en bassboxen/live electronics, 2011. Een bassbox is een instrument gecreëerd door Hans van Koolwijk. Trillingen in de lucht veroorzaakt door een basluispreker worden door bamboefluiten omgezet in pulserende klanken - Four Gardens, voor bastrombone/live electronics en soundtrack, 2013 • 3 (series) electro-akoestische werken • 13 elektronische werken - Sur place (deel 1: Interior), voor geluidsband, 2010, opgebouwd nieuw huis uit tijd en klank - Quicksand, voor geluidsband, 2016, collage van eerder opgenomen geluiden • 1 radioscore
Eric Vloeimans (*Huizen, 24 maart 1963) is de zoon van een bakker en een arbeidster in de fabriek. Hij groeide op in Den Bosch en leerde op de muziekschool jazzmuziek kennen. jazztrompettist. In 2001 kreeg Vloeimans de VPRO/Boy Edgar Prijs voor zijn activiteiten op het gebied van de jazzmuziek. Aan het Rotterdams Conservatorium begon hij met trompet op de afdeling klassieke muziek, maar docent Cees Smal adviseerd hem lichte muziek te gaan doen. Als jazztrompettist studeerde hij in 1988 met lof af en zette zijn studie voort in New York, waar hij studeerde met Donald Byrd en ervaring opdeed door te spelen in de bigbands van Frank Foster en Mercer Ellington. In 2001 kreeg Eric Vloeimans de VPRO/Boy Edgar Prijs voor zijn jazzprodukties. In 2002 won hij een Bird Award en in 2011 werd hij onderscheiden met de Gouden Notekraker voor de meest opvallende muziekuiting van het afgelopen seizoen.Erik Vloeimans kreeg op 6 november 2016 uit handen van commissaris van de Koning Wim van de Donk de Muziekprijs 2016 van het Prins Bernhard Cultuurfonds Noord-Brabant. Erik Vloeimans werkt behalve met zijn eigen kamerjazztrio Fugimundi en zijn elektrische band Gatecrash mee met klassieke-, jazz- en lichte muziekmuzikanten, als er maar bezield muziek kan worden gemaakt. Eric Vloeimans woont momenteel (2024) in Rotterdam. Eric Vloeimans maakte • 30 CD’s met werk van zichzelf en anderen - Live at the Concertgebouw, 2011 × nr. 2 en 10. "Mine own king am I" - Evensong, met het Nederlands Symfonieorkest, 2013 × Evensong, trompetconcert in vierdelen, geschreven in samenwerking met Martin Fondse. × Lex, film score bij de film Auditie, 2011, animatie film over Lex van Weeren (1920-1996), een Joodse tompettist en dirigent, die vanwege zijn muzikale activiteiten Auschwitz wist te overleven. × Waterfront, geschreven als openluchtconcert aan de Kralingse Plas. × Requiem, voor koper en pauken, 2000; imposant × Your Majesty, geschreven voor de film Majesteit - Old, new and Blue met de Holland Baroque Society, 2013 × nr. 5 "Tender Mercies" × nr. 6 "Sans parure" × nr. 8 "Wet feet" - On the Spot met rietwintet Calefax, 2014 × nr. 7 "Bradshaw" - Oliver's Cineman, Act 2 met Jörg Brinkmann en Tuur Florizoone, 2015 × nr. 1 "Fun in the sun" - Carrousel met de Holland Baroque Society, 2017 × nr. 10 "Ocean of petals", intens × nr. 11 "Carrousel", geïmproviseerde variatie over een Bachkoraal - Viento Zonda met Juan Pablo Dobal, piano, november 2018, de schoonheid van de verstilling • filmscores - Majesteit, 2010 - Audition, animatiefilm, 2011 - Wildport of Europe, natuurfilm, 2022 regie Willem Berents • meespeellesboek voor diverse instrumenten - Horn of Plenty, 2015
Patrick van Deurzen (Eindhoven, 27 januari 1964) studeerde gitaar bij Dick Hoogeveen en muziektheorie en compositie bij Peter-Jan Wagemans en Jan Kleinbussink aan het Rotterdams Conservatorium. Hij volgde daarnaast instrumentatielessen bij Klaas de Vries met wie hij ook werkoverleg heeft gehad over compositie. Patrick van Deurzen werkte als gitarist, dirigent, zanger en schreef artikelen over twintigste-eeuwse muziek. Hij werkte mee aan documentaires voor de Nederlandse Televisie, onder andere over Schönberg en Alban Berg. Momenteel (2019) werkt hij als componist en docent muziektheorie, instrumentatie en arrangeren aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en Codarts in Rotterdam. Patrick van Deurzen componeerde • 4 orkestwerken • 25 kamermuziekwerken • 12 vocale werken • 7 werken voor een instrument solo
Stephen Goss (*Wales, Groot Brittannië, 2 februari 1964) studeerde aan de Koninklijke Muziekacademie (Julian Breamprijs 1986) en aan de Universiteiten Bristol en Londen, waar in in 1997 ook promoveerde. Hij studeerde gitaar bij Michael Lewin en compositie bij Edward Gregson, Robert Saxton, Peter Dickinson en Anthony Payne. Stephen Goss is docent compositie aan de Afdeling Muziek en Media van de Universiteit van Surrey enn docent gitaar aan de Koninklijke Muiziekacademie in Londen (2024). Ook is hij directeur van het Internationaal Gitaar Onderzoekscentrum. Stephen Goss componeerde • 16 werken voor orkest of groot ensemble • 4 koorwerken • 42 kamermuziekwerken • 18 werken voor twee of meer gitaren • 28 (series) werken voor gitaar solo - Cinema Paradiso, 2017, zesdelige suite, geschreven voor gitarist Stephan Dukić, geïnspireerd door films • 6 (series) pianowerken • 4 werken voor een ander instrument solo • 36 arrangementen
Stefano Bonilauri (*Reggio Emilia, Italië, 12 maart 1964) studeerde aan de conservatoria van Bologna en Reggio Emilia compositie, koormuziek en piano bij A.Gentilucci, F.Fanticini, A.Guarnirei en A.Solbiati.. Vanaf 1987 doceert Stefano Bonilauri harmonieleer aan l’Istituto Superiore di Studi Musicali di Reggio Emilia en Castelnovo ne’ Monti. Stefano Bonilauri componeerde • 4 werken voor orkest of groot ensemble - Otto variazioni voor 13 strijkers, 2004 - Pointé voor 12 cello’s, 2007 - P.O.I.N.T. voor 12 cello’s, 2011 • 28 (series) kamermuziekwerken - Doppio Duo, voor twee accordeons, 2012 - Duo 99, 1999, voor blokfluit en accordeon - Duo 2003, 2003, voor blokfluit en accordeon • 6 werken voor koor en instrument(en) • 4 werken voor (zang)stem en instrumenten • 2 pianowerken • 9 (series) werken voor een ander instrument solo - Solo III voor guitar, 1998 • 21 (series) arrangementen
Jens Marggraf (*Meiningen, Thüringen, Duitsland, 12 maart 1964) studeerde van 1985 tot 1991 compositie en piano aan de Muziekhogeschool "Felix Mendelssohn Bartholdy" in Leipzig. In 1991 werd hij docent aan het Muziekgymnasium in Halle. In 1992 werd hij medewerker aan het Instituut voor Muziekpedagogiek van de Maarten Luther Universiteit in Halle, en vanaf 1999 tot heden (2016) professor muziektheorie en compositie. Jens Marggraf is lid van het kamermuziekensemble “Talea” en het dubbelkwartet “Collegium canticorum". Hij heeft de leiding van de concertserie ANNÄHERUNG in concertzaal Händelhaus Karree. Jens Marggraf componeerde • orkestwerken • werken voor solisten, koor en muziekensemble • kamermuziekwerken - Quatre Hommages voor blokfluitkwartet, virtuoos werk - PettersonSuite, 2005, voor blokfluit en piano, miniaturen naar Sven Nordkvists kinderboeken. • orgelwerken
Sviatoslav Ihorovych Lunyov (*Kyiv, Oekraïne, 19 april 1964) ontdekte vanaf zijn 17 jaar klassieke muziek en begon toen ook maar muziek te studeren. In 1986 slaagde hij als ingenieur. Hij moest toen twee jaar dienst doen als militair in het leger van Hongarije. Vanaf 1988, toen hij 24 jaar was, tot 1993 studeerde Sviatoslav Lunyov compositie aan het Staatsconservatorium Pjotr Tchaikovsky van Kyiv bij Lev Kolodub. Vanaf 2000 doceert Sviatoslav Lunyov aan het Conservatorium van Kyiv. Hij is lid van de Nationale Componistenvereniging van Oekraïne. Sviatoslav Lunyov componeerde • 1 opera • 2 andere muziektheaterwerken • 9 orkestwerken - Tristium, voor strijkorkest • 5 koorwerken, ook met instrumenten of orkest • 20 kamermuziekwerken • 12 (series) werken voor zangstem en piano, orgel of andere instrumeten • 10 (series) pianowerken • 4 (series) orgelwerken • 4 elektroakoestische werken • 5 filmscores
Mark Andre (geboren als Marc André, *Parijs, Frankrijk, 10 mei 1964) studeerde van 1987 tot 1993 compositie aan het Conservatoire National Supérieur de Musique compositie bij Claude Ballif en Gérard Grisey. Aan de École Normale Supérieure Parijs studeerde hij af hij op een scriptie over de muziek van Ars subtilior. In 1995 kreeg hij een beurs van het Franse Ministerie van Buitenlandse Zaken waarmee hij aan de Staatsuniversiteit voor Muziek en Uitvoerende Kunsten in Stuttgart bij Helmut Lachenmann kon studeren. Bij André Richard studeerde hij daar electronische muziek aan de Experimentele Studio voor Acoustische Kunst. Vanaf 2007 veranderde hij de spelling van zijn naam in Andre. In 2009 werd hij lid van de Kunstacademie van Berlijn en docent com positie aan de Hogeschool voor muziek in Dresden Op het moment (2022) woont Mark Andre in Berlijn. Hij doceert aan de Muziekuniversiteit in Frankfurt en aan het Conservatorium van Straatsburg. Mark Andre componeerde • 1 opera • 4 concerten • 4 andere orkestwerken • 19 werken voor ensemble - un-fini, 1996, voor cimbaal, harp, twee slagwerkers en twee pianisten. Meer stilte dan muziek. • 32 kamermuziekwerken • 7 vocale werken
Nicola Evangelisti, (*Bologna, Italië, 8 juli 1964) studeerde compositie en instrumentatie in Bologna, bij Franco Donatoni aaan de Accademia musicale Chigiana in Siena en aan de Accademia Nazionale di Santa Cecilia in Roma, (1993/1994) In 1998 volgde Nicola Evangelisti cursussen muziek en electronica aan de IRCAM in Parijs en in 1999-2000 cursussen nieuwe compositie technologie bij TempoReale in Florence onder supervisie van Luciano Berio. Vanaf 1992 doceert Nicola Evangelisti aan conservatoria en muziekinstituten compositie. Op het moment is hij docent contrapunt en compositie aan het Conservatorio N. Piccinni van Bari. Nicola Evangelisti is Kunstadviseur aan de Accademia Filarmonica di Bologna. Nicola Evangelisti componeerde • 2 orkestwerken • 18 kamermuziekwerken - Reflexus II, 2010 voor blokfluitensemble en Paetzoldensemble • 2 werken voor piano • 1 orgelwerk • 4 werken voor een ander instrument solo (met elektronica) - Reflexus, 2009 voor Paetzold SubContrabasblokfluit in F en elektronica
Willy Merz (*Lausanne, Zwitserland, 14 augustus 1964) studeerde compositie en orkestdirectie aan het Verdi Conservatorium in Milaan em daarna aan het IRCAM in Parijs en Accademia Chigiana in Siena bij Franco Donatoni en directie bij F.Leitner. Willy Merz woont in Turijn in Italië. Willy Merz componeerde • 1 opera • 4 orkestwerken - dubbelconcert voor altblokfluit, fagot en orkest, 2012 • 2 werken voor zangers, koor en orkest • 2 werken voor zangstem en orkest • 17 kamermuziekwerken • 8 werken voor zangstem(men) en meerdere instrumenten • 1 werk voor zangstem en piano • 13 werken voor een instrument solo - Points voor Piccoloklarinet, 2008
Georg Nussbaumer (*Linz, Oostenrijk, 24 augustus 1964) studeerde aan het Brucknerkonservatorium in Linz in blokfluit af en studeerde daarna nog bij Walter van Hauwe in Amsterdam. Van 1987 tot 2002 was hij docent aan de muziekschool in Linz. Vanaf 1992 is hij lid van de kunstenaarsvereniging MAERZ. Georg Nussbaumer componeerde in elk geval • 2 opera’s • 10 klankinstallaties • 10 orkestwerken • 6 grootschalige koorwerken met instrumenten • 26 kamermuziekwerken • 28 werken voor een instrument of zangstem solo - Weisser Flugversuch I, II, III, 1998, voor geprepareerde tenorblokfluit
Kelly-Marie Murphy (*Cagliari, Sardinië, Italië, 4 september 1964) werd geboren in Italië op een NATO-basis, maar groeide op op een militaire basis in Canada, haar ouders waren Canadezen. Kelly-Marie Murphy was studeerde aan de Universiteit van Calgary compositie bij Allan Bell en daarna met een studiebeurs aan de Universiteit van Leeds bij Philip Wilby. Als snel na het behalen van haar masterdiploma in 1989 won ze compositieprijzen, tot nu (2024) toe 28. Kelly-Marie Murphy promoveerde in compositie aan de Universiteit van Leeds in 1994. Ze woonde vele jaren in Wahington D.C., maar werkt de laatste jaren als freelance componist in Ottawa. Kelly-Marie Murphy componeerde • 10 concerten • 10 andere orkestwerken - Curiosity, Genius, and the Search For Petula Clark, 2017, geschreven voor de 85ste verjaardag van pianolegende Glenn Gould • 3 werken voor harmonie- of fanfare-orkest • 1 werk voor bigband • 11 koorwerken a capella of met instrument(en) • 35 kamermuziekwerken • 3 werken voor zangstem en instrument • 4 pianowerken • 4 werken voor een ander instrument solo • 1 elektronisch werk
Benoît Mernier (*Batogne, België, 16 september 1964) studeerde orgel en improvisatie bij Firmin Decerf en klavecimbel bij Charles Koenig. Hij vervolgde zijn studies aan het Conservatoire Royal de Musique in Luik. Hij studeerde daarnaast orgel bij Bernard Foccroulle en Jean Boyer aan het Nationaal Regionaal Conservatoire in Lille en compositie bij Philippe Boesmans. Benoît Mernier reist als organist de hele wereld over. Hij is vaste organist van de Notre Dame au Sablon in Brussel. Benoît Mernier woont Brussel. Hij doceert orgel en improvisatie aan het Institut Supérieur de Musique et de Pédagogie in Namen. Benoît Mernier componeerde • 2 opera’s - Frühlings Erwachen, 2007, naar het gelijknamige stuk van Frank Wedekind - La dispute naar Marivaux, 2012 • 4 orkestwerken - pianoconcert, 2008 • 2 werken voor zangstem en orkest - Blake Songs, 1995 • 4 werken voor piano(‘s) en percussie • 16 andere kamermuziekwerken - Clarinet Quintet - Fancy upon tears, 2020, voor 5 gamba's • 2 werken koor en orkest of orgel • 3 werken voor zangstem en piano - Deux Mélodies naar Verlaine, voor sopraan en piano, 2010 1. Dans l'interminable ennui de la plaine • 2 orgelwerken - Artifices 1990 • 1 harpwerk • 3 pianowerken • 1 werk voor 2 piano’s • 1 filmscore
Rob(ert) Zuidam (* Gouda, 23 september 1964 studeerde compositie aan het Rotterdams Conservatorium bij Philippe Boesmans en Klaas de Vries van 1984 tot 1989. Vervolgens was hij in 1989 Composition Fellow bij het Tanglewood Music Center in de Verenigde Staten, waar hij les had van Lukas Foss en Oliver Knussen. Voor de compositie Fishbone kreeg Zuidam in Tanglewood in 1989 de "Koussevitzky CompositionPrize". Ook kreeg hij een Leonard Bernstein Scholarship waardoor hij het jaar erna opnieuw naar Tanglewood kon. Een aantal keer werden composities van Zuidam gespeeld op het Festival for Contemporary Music, waarna hij in 1999 naar Tanglewood terug kwam als Artist in Residence, daarbij financieel ondersteund door de Velmans Foundation. In het voorjaar van 2010 trad hij aan als Erasmus Visiting Professor op de Harvard University in de Verenigde Staten met als leeropdracht de eigentijdse muziek in Nederland. Rob Zuidam componeerde • 6 opera’s - MacGonagall-Lieder, 2000, verklankingen van de gedichten van William MacGonagall (1825 - 1902): "Address to the new Tay Bridge" en "The Tay Bridge", waarin de treinramp op de instortende Tay Bridge in 1879 wordt verslagen. Eromheen en er tussen door zijn drie instrumentale delen, die een woordloos commentaar leveren op de dramatische gebeurtenissen. - Rage d’Amours over Johanna de Waanzinnige en Philips de Schone, gecomponeerd in opdracht van het Boston Symphonie Orchesta, 2003. Voor 10 zangers en kamerorkest, Kees van Baaren Prijs 2010. Een doorwrocht werk over liefde, dood en necrofilie, bijzonder dramatisch. - Adam in Ballingschap, 2009, naar Joost van den Vondel's 17de-eeuws toneelstuk, voor 9 solisten, koor en kamerorkest. - Zuster Bertken, 2010, over Bertha Jacobs, die zich in 1457 liet inmetselen in de Buurkerk in Utrecht en daar nog 75 jaar leefde. - Troparion, 2013 - A Love Unsung, 2014, opera zónder zang, libretto Emmanuelle Maridjan, voor spreker, hobo, viool, altviool en cello met drie filmdoeken • 10 orkestwerken - Adam – Interludes, voor symphonieorkest, 2008, een hommage aan de componist Olivier Messiaen • 7 werken voor koor, onbegeleid of met solist(en) en/of instrumenten - Bosch Requiem, voor 4 solisten, groot koor en groot ensemble, 2013, in opdracht van de Stichting Jheronimus Bosch 500, in verband met het gedenkjaar van Jeroen Bosch overlijden 500 jaar geleden - De Storm, 2016, voor koor en solostem, voor het Nederlands Kamerkoor. • 18 kamermuziekwerken • 19 werken voor zangstemmen, zonder of met begeleiding van instrument(en) - Pit and the Pendulum, 2023, voor zanger en slagwerkensemble • 10 werken voor piano - Nox, 2020, vijf nocturnes, geschreven voor Hannes Minnaar IV. Afscheid van Reinbert Op Zorgvlied, eerbetoon aan Reinbert de Leeuw, ontroerend V. Perseids passing, waarin de meteorietenzwerm muzikaal vorm krijgt
Gabriela Ortiz (*Mexico City, Mexico, 20 december 1964) is de dochter van de volksmusici Rubén Ortiz Fernández en María Elena Torres Alcarás. Gabriela leerde de Braziliaanse volksmuziek van huis uit. In Parijs studeerde ze aan de Ecole Normale de Musique. Omdat haar moeder ziek werd, keerde ze terug naar Mexico en studeerde daar aan het Nationaal Conservatorium compositie bij Mario Lavista en aan de Universiteit van Mexico bij Frederico Ibarra. Daarma studeerde ze nog aan de Guildhall School in Londen bij Robert Saxton en aan de Universiteit van van Londen bij Simon Emmerson. Na haar studies in 1996 afgerond te hebben werd Gabriela Ortiz docent aan de Nationale Muziekschool van de Nationale Autonome Universiteit in Mexico City. Gabriela Ortiz componeerde • 3 opera’s • 3 danswerken • 20 orkestwerken - Antrópolis, 2019, persoonlijk eerbetoon aan enkele emblematische danszalen van Mesico City, Veel en veelsoortig slagwerk. • 32 kamermuziekwerken • 8 werken voor zangstem(men) en instrument(ene) • 4 pianowerken • 9 werken voor een ander instrument solo • 5 elektro–akoestische werken
Andrew Lippa (*Leeds, Engeland, 22 december 1964) emigreerde in oktober 1967 naar de Verenigde Staten. Daar groeide hij op in een voorstad van Detroit, Oak Park in Michigan. Hij volgde daar de Oak Park High School en studeerde daarna zang en muziekpedagogiek aan de Universiteit van Michigan. Nadat hij was afgestudeerd, werd Andrew Lippa muziekdocent aan de Columbia Grammar and Prep School in New York. Hij bleef daar tot 1991 lesgeven. Ondertussen was hij al stevig theatermuziek gaan componeren. Na 1991 hield Andrew Lippa het bij een carrière in het componeren van musicals. Hij werkte in verschillende theaters als dirigent, pianist en arrangeur als daarom gevraagd werd. Vanaf 1996 schreef hij ook libretto’s en songs voor musicals. Andrew Lippa componeerde • 10 musicals - The Addams FamilyMarshall, libretto Brickman and Rick Elice, 2010. Halverwege de musical zingt moeder Morticia de song Just Around The Corner (Death is just around the corner) • 140 songs
Hans-Jürg Meier (Rüschlikon, kanton Zürich, Zwitserland, 22 december 1964) studeerde blokfluit bij Conrad Steinmann aan de Schola Cantorum Basiliensis en compositie bij Roland Moser aan de Muziekhogeschool Bazel. Hans-Jürg Meier woont momenteel (2014) in Bazel. Hans-Jürg Meier componeerde • 3 werken voor groot ensemble • 21 kamermuziekwerken • 3 werken voor slagwerkers • 7 werken voor koor (en instrumenten) • 8 werken voor zangstem en instrument(en) - wingert in der frühe (wijngaard in de vroegte), 2012, voor sopraan, 4 renaissancedwarsfluiten en luit; teksten uit het Hooglied. • 1 werk voor spreker en koor • 2 werken voor een instrument solo • 1 werk voor instrument en elektronica
Ian Wilson (*Belfast, Ierland, 26 december 1964) studeerde viool, piano en compositie aan de Universiteit van Ulster in Jordanstown. Vanaf 2009 doet hij onderzoek aan Technologisch Instituur in Dundalk naar aspecten van de traditionele (ethnische) Ierse uitvoeringspraktij als basis voor nieuwe muziekwerken. Ian Wilson componeerde • 4 opera’s • 1 experimenteel theaterwerk • 22 orkestwerken • 12 koorwerken (met begeleiding van instrument(en)) • 11 werken voor zangstem(men) en instrument(en) • 74 kamermuziekwerken - Pulsar, voor orgel en saxofoonkwartet, 2012 • 28 werken voor een instrument solo (met elektronica)
Mokale Koapeng (*Johannesburg, Zuid-Afika, 1963) is de zoon van Tukisi Samuel Koapeng en Maleshane Elizabeth Sekgaphane Koapeng. Er werd thuis veel gezongen, zijn ouders en broer waren lid van goede kerkkoren. Mokale Koapeng kreeg zijn eerste muzieklessen van zijn broer. Hij begon met blokfluit en stapte over op piano. Daarop kreeg hij les van Peter Molobye. Mokale Koapeng volgde de Thuto-Lore Senior Academy en in die periode beloot hij muziek te te gaan studeren. Hij volgde een muziekopleiding aan de Witwatersrand Universiteits Muziekschool en sloot de opleiding af in 1986. Mokale Koapeng doceerde daarna op muziekafdelingen van opleidingsinstellingen zoals het Funda Centre in Fuba en het Alexandra Kunstcentrum. Tenslotte werd hij docent aan de Witwatersrands Universiteits Muziekschool waar hij ook nog een compositiestudie afrondde . Ondertussen was hij ook stevig bezig als pianist en dirigent. In 2002 kreeg hij een medaille voor zijn werkzaamheden met het Koor van de Universiteit van Pretoria. In 2005 ontving hij een medaille van de Burgemeeste van Saint-Nazaire in Frankrijk voor zijn compositie werk voor het muziekfestival aldaar. Mokale Koapeng is medeoprichter van Music Now, een organisatie die eigentijdse muziek promoot in de provincie Gauteng Province. Mokale Koapeng is getrouwde met Nolutahndo Mzangwa. Ze hebben twee kinderen: Kgosietsile en Tshenolo. Mokale Koapeng componeerde in elk geval • 1 musical • orkestwerken • werken voor koor en orkest • werken voor koor en instrument(en) • kamermuziekwerken - Komeng, Strijkkwartet, 2003 • werken voor een instrument solo
Ivan Moody (*Londen, Engeland, 1964) studeerde muziek en theology aan de Universiteiten in Londen, Joensuu and York. Compositie studeerde hij bij Brian Dennis, John Tavener en William Brooks. Ivan Moody was lid van het koor van de Russische Orthodoxe Kathedraal in Londen, en trad op als cantor in zowel Griekse als Bulgaarse parochies in Lissabon. In 2007 werd hij gewijd tot Orthodox priester. Ivan Moody houdt zich behalve met componeren ook veel bezig met dirigeren. Ivan Moody woont op het moment in Estoril, Portugal, met zijn vrouw, zangeres Susana Diniz Moody, en hun drie kinderen, Sebastian, Sofia en Barbara. Ivan Moody componeerde • 1 opera • 3 oratoria - Passion and Resurrection, 1992, gebaseeerd op Orthodox liturgische teksten • 2 andere werken voor solisten, koor en ensemble of orkest • 9 concerten - Vigil of the Angels, altvioolconcert, 1992 - Pnevma, concert voor blokfluit en strijkers, 1998 • 3 andere orkestwerken • 2 (series) werken voor zangstem en orkest • 29 (series) liederen en werken voor zangstem(men) en piano, klavecimbel, andere instrumenten of kamerensemble • Simeron (“vandaag”), voor sopraan, alt, tenor en strijktrio, 2012, op teksten van de Byzntijnse eredienst van de Heilige week en een preek van bisschop Melito van Sardis, op verzoek van het Goeyvaerts Trio • 9 werken voor koor en piano of ensemble • 3 werken voor solist(en) en koor a cappella • 80 (series) koorwerken of werken voor zangsemmen a cappella - Words of the Angel, 1998, Orthodox Oosterse liturgie (Engels, Grieks) voor 3 sopranen, geschreven voor Trio Mediaeval. • 27 kamermuziekwerken • 4 klavecimbelwerken • 5 (series) pianowerken • 1 orgelwerk • 5 werken voor een ander instrument solo • 2 liederen voor zangstem solo
Richard Rijnvos (*Tilburg, 1964) studeerde compositie aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Jan van Vlijmen en Brian Ferneyhough. Deze studie sloot hij summa cum laude af. Hij volgde een postdoctorale opleiding aan de Musikhochschule in Freiburg, Richard Rijnvos is sinds oktober 2009 hoofd van de compositieafdeling van de Universiteit van Durham. Richard Rijnvos componeerde • 4 multmediawerken • 15 orkestwerken - NYConcerto, 2006, 3-delig pianoconcert met New York als uitgangspunt. - Riflesso sull’acqua (2007, gereviseerd 2010), voor Engelse Hoorn en orkest - Uptown|Downtown, een stedelijk panorama in zes ‘bewegingen’, 2008 een zesdelige, avondlange dansproduktie gewijd aan "urban life in New York City". De drie delen van het NYConcerto zijn er onderdeel van: Ø Grand Central Dance voor piano en kamerorkest, 2006 Ø Times Square Dance voor twee identieke orkesten, 1998 Ø Central Dance in the Park voor piano en kamerorkest, 2005 Ø Washington Square Dance voor twee identieke orkesten, 2003 Ø cross Broadway voor piano en kamerorkest, 2006 Ø Union Square Dance voor twee identieke orkesten, 2008 speels en formidabel - fuoco e fumo, 2013, gereviseerd 2015 - Barbara Baccante, ter herinnering aan Barbara Strozzi, voor sopraan, cello en orkest, 2014 - Grand Atlas, een cyclus waarin de 7 werelddelen muzikaal worden beschreven deel 1, Europe, 2020 deel 2, Amérique du Nord, 2016 deel 4, Afrique, 2021, voor slagwerksextet en symfonieorkest deel 5, Australie, 2024 deel 6, Amérique du Sud, 2019 deel 7, Antarctique, 2011, je hoort niets anders dan ijsbergen die tegen elkaar opbotsen; fascinerend; • 9 werken voor groot ensemble - Block Beuys, 2000, gebaseerd op de collectie werken van Joseph Beuys in het Hessisches Landesmuseum Darmstadt. - mappamondo, voor stem, tuba en ensemble, 2004, nr.35, laatste deel deel van de cyclus la Serenissima. Rond 1450 maaktre monnik Mauro op het eiland San Michele in opdracht van de Portugese Koning een grote ronde wereldkaart, een meesterwerk van Middeleeuwse cartografie. In dit muziekstuk krijgt Mauro bezoek van rn rondtrekkende tubaspeler, die later blijkt Luigi Nono te zijn, weg naar zijn laatste rustplaats. • 6 werken voor 6 - 10 spelers - Die Kammersängerin (2010), liederencyclus, 21 liederen voor sopraan en ensemble op gedichten van Ernst Jandl • 7 werken voor 2 - 5 spelers • 5 werken voor instrumenten solo
Nitin Sawhney (*Rochester, Kent, 1964) is de zoon van Indiase immigrantouders uit Punjab. Als kind groeide hij op in Rochester, een burcht van het British National Front, de vernederingen en kleineringen die dat tot gevolg had, kon hij met het studeren van klassiek piano en flamencogitaar, sitar en tabla van zich af zetten. Na zijn middelbare school studeerde Nitin Sawhney even rechten aan de Universiteit van Liverpool. Met zijn schoolvriend, acid-jazz keyboardspeler James Taylor toerde hij mee in diens James Taylor Quartet en vormde daarnaast zijn eigen bands en samenspelgroepen. Van studeren kwam zo niet veel meer, dus de Universiteit was gauw afgelopen. Nitin Sawhney schoolde zich in 1986 tot accountant en werkte een poosje als financieel toezichthouder bij een hotel voor hij besloot zich volledig aan de muziek te wijden. Hij vertrok in 1988 naar Londen en zette daar een bestaan op als producer, songschrijver en DJ. Nitin Sawhney maakte • 9 studioalbums Nitin Sawhney componeerde • 16 theater en dansmuziekwerken - Kaash, choreografie Akram Khan en Anish Kapoor • 7 orkestwerken - "Neural Circuits", 2001 • 7 “Transitions” gecomponeerd, opgenomen en geproduceerd voor het album “Water” van Hëlène Grimaud, 2015 • 32 filmscores, TVscores en videogames • 3 commercials.
Rikuya Terashima
(*Tokio, 1964) studeerde compositie aan de Tokyo National University of Fine Arts and Music. Rikuya Terashima componeerde • 10 opera’s, - The life of Galilei, 1991, gebaseerd op Berthold Brecht - On the harmfulness of smoking, 1998, gebaseerd op Tsjechov • 2 orkestwerken • koorwerken - Infant joy • 35 kamermuziek werken • 24 werken of series werken voor piano • 16 werken voor een ander instrument solo • werken voor Japanse instrumenten
Heida Vissing (*Duitsland, 1964) studeerde blokfluit bij Konrad Hünteler in Münster, Walter van Hauwe in Amsterdam en Han Tol aan de Akademie für Alte Musik Bremen. Heida Vissing ontwikkelde zich tot een veelgevraagde docente. Daarnaast schreef zij voor de blokfluitvaktijdschriften „TIBIA“, en „Windkanal“. Heida Vissing richtte in 2001 uitgeverij Edition Tre Fontane op, speciaaluitgeverij voor blokfluitmuziek. Heida Vissing componeerde • 10 werken voor blokfluiten. Zie voor een gedetailleerd overzicht het hoofdstuk Componisten van blokfluitmuziek.
|